Over de kunstenaar
Gerrit Willem Dijsselhof werd op 2 augustus 1866 in Zwollerkerspel geboren. Dijsselhof was schilder en decoratief kunstenaar. Hij was van groot belang op het gebied van de Nieuwe Kunst, de naam waaronder de Art Nouveau/Jugendstil in Nederland bekend werd.
Na zijn studie van 1882-1884 aan de Haagse Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten vervolgde hij in de periode 1884-1886 zijn opleiding aan de Rijkshogeschool voor Toegepaste Kunsten in Amsterdam. Op deze school was hij bekend als leerling van de modelbouwklas. Samen met andere leerlingen van deze klas, zoals Theo Nieuwenhuis, Joseph Mendes da Costa en Lambertus Zijl, richtte hij de vereniging "Labor et Aartes" op. In het atelier van Mendes da Costa maakten de kunstenaars kennis met andere jonge Amsterdamse kunstenaars zoals Isaac Israels en Jan Veth, met wie ze in gesprek gingen over de ontwikkelingen in de beeldende kunst. Dijsselhof werd later een volgeling van de ideeën van William Morris en Walter Crane, de grondleggers van de Arts and Crafts-beweging.
Door een toewijding aan het eerlijke vakmanschap van de beweging nam Dijsselhof de begrijpelijke taak op zich om de vertaling van Walter Crane's Claims for Decorative Art door Jan Veth te illustreren.
Hierna werd Dijsselhof een allround kunstenaar, werkzaam als schilder, ontwerper van meubels, textiel en behang, schilder van glas en ontwerper van boekbanden. Voor de Amsterdamse arts W. van Hoorn ontwierp hij een kamer met houten lambrisering en met batik beklede wanden. De kamer is bewaard gebleven en is te zien in het Gemeentemuseum in Den Haag als de 'Dijsselhofzaal'.