Over de kunstenaar
Hij studeerde aan de Atheneese School voor Schone Kunsten (1864-1871) en na een kort verblijf in München, waar hij zich inschreef aan de Academie, en in Parijs, vestigde hij zich uiteindelijk in 1872 in Brussel. Daar raakte hij bevriend met de schilder Guillaume Vogels en sloot hij zich aan bij de avant-gardebewegingen van die tijd. Hij nam deel aan talrijke tentoonstellingen in België (Gent, Brussel, Antwerpen, Namen, Charleroi), terwijl hij in 1878 op de Internationale Tentoonstelling van Parijs deelnam aan de Griekse afdeling. In datzelfde jaar organiseerde de Artistieke en Literaire Kring van Brussel zijn solotentoonstelling. In 1880 reisde hij naar Zuid-Frankrijk en Griekenland, waar hij deelnam aan de tentoonstelling in het Melashuis in Athene (1881). Begin 1881 keerde hij terug naar Brussel en iets later verschenen de eerste symptomen van tuberculose, een ziekte die hem het leven zou kosten. In België was hij stichtend lid van de Kring van Chrysalis (1875) en nam hij deel aan de tentoonstellingen (1876-1878, 1881), de Kring van Waterverfraaiers (1883) en de Kring van XX , op de eerste tentoonstelling waarvan, begin 1884, enkele dagen na de dood van de schilder, zijn werken werden opgenomen. Retrospectieve tentoonstellingen van zijn werk werden voorgesteld in het Stadhuis van Sint-Gillis in Brussel (1993), Namen (1994), de Galerij E. Averoff in Metsovo en de Nationale Galerij (1996).
Zijn creatieve werk omvat scènes uit het dagelijkse leven, stillevens, portretten en landschappen. Door het ontwikkelen van vernieuwende thema's liet hij met zijn veelzijdige werk, dat de artistieke zoektochten van die periode in beknopte vorm weerspiegelde, zien dat hij een van de leidende figuren van het modernisme was op het einde van de 19de eeuw.